De beste accessoires voor je camera

Wanneer je een camera koopt, heb je in veel gevallen alleen maar je toestel en de meegeleverde kitlens. Naarmate je meer fotografeert en de technische basis van fotografie leert kennen, zal je snel merken dat dat niet altijd volstaat. We geven een overzicht van de accessoires die je het meeste helpen om nog betere foto’s te maken.

De beste accessoires voor je camera volgens Shoot

• Objectief
• Filter
• Batterij
• Geheugenkaart
• Flitser
• Statief en monopod
• Fototas

Objectieven: het oog van de camera

De meeste camera’s worden verkocht in een kit met één of soms twee objectieven. De meegeleverde kitlens is doorgaans een zoomlens met een brandpuntafstand van 18-55 mm en een matige lichtsterkte (meestal in de buurt van f/3,5-f/5,6). Die kitlens is bruikbaar in heel wat situaties, en we raden je aan om eerst goed met die lens te leren werken voor je gaat uitkijken naar mogelijke alternatieven.

Er zijn honderden lenzen op de markt, zodat je soms door de bomen het bos niet meer ziet. Dit zijn de belangrijkste punten waarop je moet letten bij de keuze voor een bepaalde lens.

1. Let op de brandpuntsafstand. Voor landschaps- en architectuurfotografie heb je een groothoeklens nodig, dat wil zeggen met een kleine brandpuntsafstand. Wil je echter ver verwijderde onderwerpen fotograferen (denk aan dieren, sport, …), dan ga je op zoek naar een telelens met een brandpuntsafstand van bijvoorbeeld 300 mm.
2. Wil je een zoomlens of een lens met vaste brandpuntsafstand? Een zoomlens is flexibeler, omdat je de brandpuntsafstand kan wijzigen door in- en uit te zoomen. Een lens met vaste brandpuntsafstand (primelens) dwingt je om meer te bewegen om je onderwerp goed in beeld te nemen, of om van lens te wisselen. Je kan ook voor een ultrazoomlens gaan, met een heel groot zoombereik, bijvoorbeeld 28-200 mm. Je kan dan met één enkele lens heel veel situaties aan. Ultrazoomlenzen zijn vaak kwalitatief iets minder goed dan lenzen met een kleiner zoombereik.
3. Let op het maximaal diafragma. Een lens met een groot maximaal diafragma (bijvoorbeeld f/1.8) laat vier keer meer licht door dan een lens met maximaal diafragma f/4. Dat helpt als je bij weinig licht zonder flits wil fotograferen, of als je erg korte sluitertijden wil gebruiken. Het nadeel is dat lichtsterke lenzen vaak veel duurder zijn.
4. Wil je vaak aan macrofotografie doen, kijk dan uit naar een macrolens. Deze kan van heel dichtbij scherpstellen, zodat je een klein voorwerp toch beeldvullend kan fotograferen.
5. Speciale lenzen hebben heel bijzondere eigenschappen. Een fisheyelens geeft een heel vreemd beeld van 180 graden in het rond.

Onthoud dat elk cameramerk zijn eigen lensvatting gebruikt. Je kan lenzen voor een Canon-camera dus niet zomaar gebruiken op een Nikon-toestel. Meestal kan je wel kiezen tussen objectieven van het cameramerk zelf en objectieven van lenzenbouwers zoals Tamron, Tokina of Sigma. Wanneer je een lens van deze merken koopt, moet je wel specificeren voor welk type camera je er een wil. Als je overweegt om een dure lens aan te schaffen, zoek dan eerst een camerawinkel waar je die lens kan huren. Zo kan je ze eerst testen en beslissen of ze wel voldoet aan jouw wensen en noden.

Filter: voor bescherming of creativiteit

Een filter is een stuk glas dat voor de lens geplaatst wordt. Het populairste systeem is de ronde schroeffilter, die vooraan op de lens vastgeschroefd wordt. Je koopt een filter met dezelfde diameter als de lens waarop je hem wil gebruiken, bijvoorbeeld 67 mm. Een doorzichtig UV-filter (ook ‘skylight’-filter genoemd) houdt een deel van de onzichtbare ultraviolette straling tegen. Het is echter vooral nuttig als bescherming van de lens. Wanneer je ergens tegenaan stoot, is alleen de filter kapot – wat je slechts enkele tientallen euro’s zal kosten. Beschadig je de lens zelf, dan loopt de rekening veel hoger op. Bij een dure lens koop je daarom best meteen een UV-filter. Een polarisatiefilter filtert licht weg dat door water, glas of glanzende oppervlakken weerspiegeld wordt. Het geeft ook een diepere blauwe kleur aan een fletse hemel. Grote cameramerken verkopen filters onder hun eigen merknaam. Daarnaast zijn bekende namen Tamron, Hoya, Cokin en B+W.

Batterij

De herlaadbare batterij in een systeemcamera is groter dan die in een compactcamera en gaat ook langer mee. Hoeveel foto’s je met één volle batterij kan maken, hangt af van je camera, en van hoe vaak je de flitser en het lcd-schermpje gebruikt. Maar verschillende honderden foto’s moet je er toch kunnen uithalen. Toch kan het geen kwaad om een extra batterij aan te schaffen. Zo kan je blijven fotograferen als de eerste batterij leeg is. Voor heel wat camera’s zijn er zogenaamde ‘batterijgrips’ te koop. Dat zijn modules die je onderaan op de camera schroeft en die plaats bieden aan twee batterijen. Daardoor heb je dubbel zoveel energie ter beschikking. De grip maakt je camera groter en zwaarder, waardoor hij bij sommige gebruikers zelfs beter in de hand zal liggen.

Geheugenkaart

Een digitale camera is onbruikbaar zonder geheugenkaart. Bij de aanschaf van een camera koop je dus meteen een geheugenkaartje van het juiste type. SD-kaarten zijn nog steeds het populairst, maar CFExpress-kaarten komen steeds vaker voor. Vertrek je op reis, neem dan zeker genoeg geheugenkaartjes mee. Wanneer je elke dag of om de twee dagen een nieuw kaartje gebruikt, ben je niet al je foto’s kwijt als er met één kaartje iets misloopt. Gebruik op meerdaagse uitstappen verschillende geheugenkaartjes. Zo beperk je het risico dat je al je foto’s verliest. Voor langere reizen kan je een ‘fototank’ aanschaffen. Dat is een draagbare harde schijf met een ingebouwde kaartlezer. Je plaatst hierin het geheugenkaartje en kopieert de foto’s naar de fototank. Behandel een fototank voorzichtig: het is en blijft een harde schijf.

Flitser: voor extra belichting

Veel camera’s bevatten een ingebouwde flitser die je kan gebruiken wanneer er te weinig omgevingslicht is. De ingebouwde flitser heeft beperkingen. Zo reikt het licht maar een paar meter ver en flits je recht vooruit, wat niet altijd een mooi resultaat oplevert. Voor meer flexibiliteit kan je een externe flitser aanschaffen. Die past op het flitsschoentje boven op de camera. Zo’n externe flitser heeft een draaibare kop, zodat je het flitslicht naar opzij of naar boven kan richten. Daardoor wordt je onderwerp via indirect (zacht) licht verlicht, wat mooier is. Externe flitsers zijn ook krachtiger. De kracht van een flitser wordt uitgedrukt door het richtgetal. Hoe hoger, hoe krachtiger de flits. Net als bij objectieven heb je de keuze tussen een flitser van het cameramerk zelf, of een van een flitsermerk zoals Metz, Profoto of Godox. Ga wel na of die flitser gebruikt kan worden op jouw camera en raadpleeg zeker deze lijst van beste flitsers volgens de redactie van Shoot.

• Lees ook: Flitsen voor beginners

Statief of monopod: voor stabilisatie

Wanneer je fotografeert bij lange sluitertijden, is het zo goed als onmogelijk om de camera volledig stil te houden, met ‘bewogen’ opnames tot gevolg. Beeldstabilisatie in de camera of in de lens kan dit voor een deel opvangen, maar bij erg lange sluitertijden laat ook dat het afweten. Een statief is daarom onmisbaar als je met lange sluitertijden werkt. Voor een reflexcamera heb je een stevig statief nodig dat het gewicht van de camera en de lens kan dragen. Een statief bestaat eigenlijk uit twee delen, die je apart kan aanschaffen: het statief zelf (de driepoot) en de statiefkop. Bij de keuze van een statief zijn de afmetingen en het gewicht belangrijk. Bij de koppen zijn er twee grote alternatieven: een panoramakop (die gemakkelijk horizontaal zwenkt) en een balkop (die vlot in alle richtingen zwenkt). Let er ook op dat zowel het statief als de statiefkop het gewicht van je camera en je zwaarste lens kan dragen. Wie veel sport fotografeert, kan de aanschaf van een monopod overwegen. Dat is een statief met één poot. Het doel is hier niet zozeer de camera perfect stabiel te houden, maar wel een deel van het gewicht van camera en objectief op  te vangen.

• Lees ook: Welk statief moet ik kopen?

Fototas: voor extra bescherming

Een camera, een of twee objectieven, een extra batterij … je verzamelt al snel een hele hoop materiaal als je met een digitale reflexcamera begint te werken. Om je materiaal mee te nemen, heb je dan ook een goede tas nodig. Je hebt de keuze uit verschillende draagsystemen, zoals schoudertassen, heuptassen, rugzakken en trolleys op wieltjes, en binnen elk systeem zijn er verschillende formaten en afwerkingen. Het simpelste is een heup- of schoudertas waarin alleen je camera met een daarop gemonteerde lens past. Je hebt geen ruimte voor extra’s, maar je camera is wel snel bereikbaar. Grotere schoudertassen en rugzakken bieden meer plaats, maar je hebt je camera niet zo snel bij de hand. Wie vaak de natuur intrekt, is gebaat bij een tas met een waterdichte hoes. Zo is je materiaal beschermd tegen een onverwachte regenbui. Neem zeker je camera mee naar de winkel wanneer je een tas gaat kopen. Zo kan je nagaan of hij wel in de tas past.